C. se préoccupant de la persistance en Colombie de violations graves (homicides, exécutions extrajudiciaires, menaces, pressions, stigmatisations, violences sexu
elles, disparitions forcées, enrôlements militaires forcés, déplacements internes, etc) des droits humains et du droit international humanitaire à l'encontre des défenseurs des droits humains, des membres des peuples autochtones, des paysans, des syndicalistes, des femmes et des filles, des enfants et des membres de la société civile, et ce en dépit d
e la déclaration du président Santos d'août 2010 ...[+++]reconnaissant que « la défense des droits de l'homme est un engagement ferme et inébranlable »;
C. maakt zich zorgen over de aanhoudende zware schendingen (moord, buitengerechtelijke executies, bedreigingen, dwang, stigmatisering, seksueel geweld, gedwongen verdwijningen, gedwongen militaire inlijving, interne ontheemding enz) van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht in Colombia tegenover mensenrechtenactivisten, leden van de inheemse bevolking, landbouwers, vakbondsmensen, vrouwen en meisjes en leden van het maatschappelijk middenveld, in weerwil van de verklaring van president Santos van augustus 2010 waarin hij erkent dat de verdediging van de mensenrechten een krachtig en onverbrekelijk engagement is;