4. Si aucun organisme de radiodiffusion qualifié ne formule de proposition ou ne la formule selon des conditions de marché équitables, raisonnables et non discriminatoires, l'organisme de radiodiffusion détenteur des droits peut les exercer en dérogeant aux exigences prévues au paragraphe 1.
4. Indien er geen bod is van een bevoegde omroeporganisatie of wanneer voor een bod geen billijke, redelijke en niet-discriminerende marktvoorwaarden gelden, kan de omroeporganisatie die de rechten bezit deze in afwijking van de voorwaarden van lid 1 uitoefenen.