Traduction de «foyer de production de chaleur industrielle » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

foyer de production de chaleur industrielle
procesoven

dispositif de production de chaleur industrielle
procesverhitter

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

« 81° /2° chaleur industrielle : la chaleur ou le froid générés pour un processus déterminé, sauf pour la production d'électricité ; » ;
"81° /2° proceswarmte: de warmte of de koude die voor een bepaald proces wordt opgewekt, behalve voor de opwekking van elektriciteit; ";

Si nous continuons à exploiter l'énergie nucléaire, la question est de savoir si nous ne devons pas évoluer vers des systèmes énergétiques plus efficaces, des concepts totaux qui génèrent une température plus élevée, qui fournissent de la chaleur industrielle, une production d'hydrogène, une cogénération avec un cycle d'hélium par exemple, etc.
Als we met nucleaire energie doorgaan, dan is de vraag of we niet naar meer efficiënte energiesystemen moeten gaan, totaalconcepten die een hogere temperatuur genereren, die zorgen voor proceswarmte voor de industrie, waterstofproductie, coproductie met bijvoorbeeld een heliumcyclus enzovoort.

Comme la combinaison de chaleur à des processus de production continus limite la flexibilité, la cogénération industrielle ne peut jouer sur la dynamique du marché de l'électricité où les tarifs de jour et de nuit sont très fluctuants.
Omdat de koppeling van warmte aan continue productieprocessen de flexibiliteit beperkt, kan industriële WKK niet inspelen op de dynamiek van de stroommarkt met sterk wisselende dag- en nachtprijzen.

16. souligne que les réseaux urbains de chauffage et de réfrigération contribuent à obtenir une économie à haut rendement énergétique d'ici à 2050 et souligne qu'il faut une stratégie explicite et complète pour la production et l'utilisation de la chaleur (chaleur industrielle, chauffage domestique, refroidissement) – y compris une méthode d'étalonnage multicombustibles pour les réseaux urbains de chauffage et de réfrigération – , qui s'appuie sur des synergies entre les secteurs; invite la Commission à entreprendre une enquête en vue d'accroître leur efficacité; souligne que ces réseaux doivent être ouverts à la concurrence; fait observer que toute amélioration de l'efficacité énergétique du parc immobilier se traduira par une réduction de la demande de chauffage et devrait être prise en compte lors de l'évaluation des capacités de chauffage urbain;
16. benadrukt dat collectieve verwarming/koelingsnetten bijdragen tot het realiseren van een energie-efficiënte economie tegen 2050 en benadrukt het feit dat een expliciete en veelomvattende strategie voor het opwekken en gebruik van warmte (industriële warmte, woningverwarming, koeling) nodig is (inclusief een methode met benchmarks voor verschillende brandstoffen voor collectieve verwarming/koelingsnetten) die gebaseerd is op synergieën tussen verschillende sectoren; verzoekt de Commissie een onderzoek uit te voeren om de efficiëntie ervan te vergroten; benadrukt dat deze netten open moeten staan voor concurrentie; wijst erop dat de verbetering van de energie-efficiëntie van het woningbestand zal leiden tot een vermindering van de vraag naar warmte, waarmee rekening moet worden gehouden bij de beoordeling van de capaciteit voor collectieve verwarming/koeling;

b) les nouvelles zones résidentielles ou les nouvelles installations industrielles consommant de la chaleur dans leurs processus de production sont situées dans des lieux qui permettent de satisfaire au maximum leur demande de chaleur au moyen de la chaleur perdue disponible, selon les indications des plans nationaux en matière de chaleur et de froid.
b) nieuwe woongebieden of nieuwe fabrieksinstallaties die warmte verbruiken tijdens hun productieprocessen, zich bevinden op een plaats waar aan een maximale hoeveelheid van hun warmtevraag wordt voldaan door de beschikbare afvalwarmte, zoals aangegeven in de nationale verwarmings- en koelingsplannen.

un nouveau réseau de chaleur et de froid est planifié, ou, dans un réseau de chaleur et de froid existant, une nouvelle installation de production d'énergie d'une puissance thermique totale supérieure à 20 MW est planifiée ou une telle installation existante fait l'objet d'une rénovation substantielle, afin d'évaluer les coûts et les avantages d'une valorisation de la chaleur fatale provenant des installations industrielles situées à proximité.
een nieuw stadsverwarmings- of koelingsnetwerk gepland is, of indien in een bestaand stadsverwarmings- of koelingsnetwerk een nieuwe energieproductie-installatie met een totaal thermisch inputvermogen van meer dan 20 MW gepland is, of een dergelijke bestaande installatie van meer dan 20 MW ingrijpend gerenoveerd wordt, teneinde de kosten en baten te berekenen van het gebruik van afvalwarmte uit nabijgelegen industriële installaties.

Les exigences établies dans la directive 78/170/CEE du Conseil du 13 février 1978 portant sur la performance des générateurs de chaleur utilisés pour le chauffage de locaux et la production d’eau chaude dans les immeubles non industriels neufs ou existants ainsi que sur l’isolation de la distribution de chaleur et d’eau chaude sanitaire dans les nouveaux immeubles non industriels[32] ont été remplacées par les dispositions de la directive 92/42/CEE, de la directive 90/396/CEE du Conseil du 29 juin 1990 relative au rapprochement des législations des États membres concernant les appareils à gaz[33] et de la directive 2002/91/CE du Parlement européen et du Conseil du 16 décembre 2002 sur la performance énergétique des bâtiments[34].
De eisen vastgesteld in Richtlijn 78/170/EEG van de Raad van 13 februari 1978 betreffende het rendement van verwarmingstoestellen die gebruikt worden voor de verwarming van ruimten en voor de productie van warm water in nieuwe of bestaande niet-industriële gebouwen, alsmede betreffende de isolatie van netten voor de distributie van warmte en van warm water voor huishoudelijke doeleinden in nieuwe niet-industriële gebouwen[32] zijn vervangen door bepalingen van Richtlijn 92/42/EEG, Richtlijn 90/396/EEG van de Raad van 29 juni 1990 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake gastoestellen[33] en Richtlijn 2002/91/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2002 betreffende de energieprestatie van gebouwen[34].

La production nette de chaleur issue de la cogénération (Q Bne-CHP ) est la production nette de chaleur d'une installation de cogénération, mesurée sur une période donnée, qui est utilisée à l'extérieur de l'installation à des fins de chauffage de locaux, de production d'eau chaude, de production de froid ou comme chaleur industrielle, moins les quantités éventuelles de chaleur résultant d'une production séparée Q Bne-th .
Warmtekrachtkoppeling - nettowarmteproductie, (Q Bne-WKK ) is de nettowarmteproductie van een warmtekrachtkoppelingsinstallatie die wordt gemeten in een verslagperiode van een warmteproductie-installatie en die buiten de installatie voor ruimteverwarming, warmwaterproductie, koudeproductie of als proceswarmte wordt gebruikt, verminderd met eventuele hoeveelheden warmte uit ongekoppelde productie Q Bne-th.

Les exigences établies dans la directive 78/170/CEE du Conseil du 13 février 1978 portant sur la performance des générateurs de chaleur utilisés pour le chauffage de locaux et la production d'eau chaude dans les immeubles non industriels neufs ou existants ainsi que sur l'isolation de la distribution de chaleur et d'eau chaude sanitaire dans les nouveaux immeubles non industriels ont été remplacées par les dispositions de la directive 92/42/CEE, de la directive 90/396/CEE du Conseil du 29 juin 1990 relative au rapprochement des législations des États membres concernant les appareils à gaz et de la directive 2002/91/CE du Parlement européen et du Conseil du 16 décembre 2002 sur la performance énergétique des bâtiments .
De eisen vastgesteld in Richtlijn 78/170/EEG van de Raad van 13 februari 1978 betreffende het rendement van verwarmingstoestellen die gebruikt worden voor de verwarming van ruimten en voor de productie van warm water in nieuwe of bestaande niet-industriële gebouwen, alsmede betreffende de isolatie van netten voor de distributie van warmte en van warm water voor huishoudelijke doeleinden in nieuwe niet-industriële gebouwen zijn vervangen door bepalingen van Richtlijn 92/42/EEG, Richtlijn 90/396/EEG van de Raad van 29 juni 1990 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake gastoestellen en Richtlijn 2002/91/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2002 betreffende de energieprestatie van gebouwen .