Le débiteur de ces revenus et du précompte mobilier, retiendra donc ce précompte en prenant en considération les frais forfaitaires prévus aux articles 3 et 4 de l'arrêté royal d'exécution du CIR 1992, le bénéficiaire de tels revenus ayant toujours la possibilité de déclarer ceux-ci dans sa déclaration fiscale annuelle et de faire valoir un montant de frais réels plus élevé amenant un éventuel remboursement de précompte mobilier.
De schuldenaar van deze inkomsten en van de roerende voorheffing zal deze voorheffing dus inhouden, rekening houdend met de forfaitaire kosten vermeld in de artikelen 3 en 4, van het koninklijk besluit tot uitvoering van het WIB 1992, waarbij de verkrijger van dergelijke inkomsten nog altijd de mogelijkheid heeft om ze aan te geven in zijn jaarlijkse belastingaangifte en een hoger bedrag aan werkelijke kosten in te brengen, wat tot een mogelijke terugbetaling van roerende voorheffing kan leiden.