La différenciation qui résulte de la disposition attaquée entre le droit exclusif de retransmission par câble, qui est cessible, et le droit à la rémunération qui est lui, incessible, est justifiée au regard du premier objectif recherché par le législateur, à savoir de garantir une rémunération adéquate des ayants droit d'une oeuvre audiovisuelle, qu'il s'agisse des titulaires d'un droit d'auteur ou des titulaires d'un droit voisin.
De uit de bestreden bepaling voortvloeiende differentiatie tussen het exclusieve recht op doorgifte via de kabel, dat overdraagbaar is, en het recht op vergoeding dat onoverdraagbaar is, wordt verantwoord ten aanzien van het eerste doel dat door de wetgever is nagestreefd, namelijk een adequate vergoeding waarborgen van de rechthebbenden van een audiovisueel werk, ongeacht of het om houders van een auteursrecht of om houders van een naburig recht gaat.