14. fait observer que l'UE doit s'atteler à expliqu
er les avantages du marché intérieur aux citoyens, qui se préoccupent de voir la concurrence accrue induite par l'élargissement, l'intégration et la mobilité de la main-d
'œuvre entraîner un glissement des schémas de travail traditionnels vers des modèles de flexicurité; considère que ces préoccupations devraient trouver réponse dans des actions politiques augmentant l'offre et améliorant la qualité des biens et services publics qui, au fil du temps, peuvent contribuer à la croissance
...[+++] de la productivité ainsi qu'à des politiques actives à l'égard du marché du travail; 14. merkt op dat de EU moeite moet doen om de voordelen van de interne markt uit te leggen aan burgers die zich zorgen maken dat er door de verhoogde concurrentie als gevolg van de uitbreiding, integratie en arbeidsmobiliteit een verschuiving optreedt van traditionele arbeidspatronen naar flexizekerheidsmodellen, en is van mening dat op deze zorgen moet worden gereageerd met beleidsmaatregelen voor het uitbreiden van het aanbod aan en het verbeteren van de kwaliteit van de openbare goederen en diensten die op termijn kunnen bijdragen tot een verhoging van de productiviteitsgroei en een actief arbeidsmarktbeleid;