La Constitution garantit également l'indépendance du juge, entre autres aux articles 152, 154 et 155, selon lesquels les juges sont nommés à vie, sont inamovibles et ne peuvent être déplacés sans leur consentement, bénéficient d'un traitement fixé par le pouvoir législatif et ne peuvent combiner leur fonction avec des fonctions rétribuées par le gouvernement.
Ook de Grondwet waarborgt de onafhankelijkheid van de rechter, onder andere in de artikelen 152, 154 en 155; daarin staat dat de rechters voor het leven worden benoemd, niet uit hun ambt kunnen worden ontzet en zonder hun toestemming niet kunnen worden overgeplaatst, een door de wetgevende macht vastgestelde wedde ontvangen en hun functie niet met door de regering bezoldigde functies mogen combineren.