2. exprime ses graves préoccupations face à la détérioration de la situation des droits de l'homme en Égypte et au manque de volonté des autorités égyptiennes de renverser cette tendance inquiétante; souligne que, conformément à sa Politique européenne de voisinage révisée après le printemps arabe, et notamment l'approche "donner plus pour recevoir plus", le niveau d'engagement de l'Union européenne, et la portée de cet engagement, en Égypte dépend des progrès réalisés par le pays pour honorer ses engagements en matière de démocratie, d'état de droit, de droits de l'homme et d'égalité entre hommes et femmes;
2. geeft uiting aan zijn ernstige bezorgdheid over de verslechtering van de mensenrechtensituatie in Egypte en het gebrek aan vastberadenheid van de Egyptische autoriteiten om deze zorgwekkende trend te keren; onderstreept dat het niveau en de intensiteit van de betrokkenheid van de EU bij Egypte conform het na de Arabische Lente herziene Europese nabuurschapsbeleid van de EU, en met name als gevolg van de "meer voor meer"-strategie afhangt van de vooruitgang die het land boekt bij het nakomen van zijn verplichtingen met betrekking tot de democratie, de rechtsstaat, de mensenrechten en gendergelijkheid;