La disposition en cause ne satisferait pas à cette condition si elle rompait le juste équilibre entre les exigences de l'intérêt général et les impératifs de la sauvegarde des droits fondamentaux de l'individu, en faisant peser sur les personnes concernées « une charge spéciale et exorbitante » (CEDH, 27 novembre 2007, Hamer c. Belgique, § 77).
De in het geding zijnde bepaling zou niet voldoen aan die voorwaarde indien ze het billijke evenwicht verbreekt tussen de vereisten van het algemeen belang en de imperatieven van de vrijwaring van de grondrechten van het individu door op de betrokken personen « een bijzondere en buitensporige last » te doen wegen (EHRM, 27 november 2007, Hamer t. België, § 77).