3. fait observer que l'amélioration du marché intérieur et éventuellement une certaine harmonisation fiscale pourraient être des facteurs-clés pour favoriser la croissance et la création d'emplois; relève que les politiques fiscales doivent viser à relancer la compétitivité de l'Europe et à réduire les coûts des entreprises européennes, notamment des petites et moyennes entreprises;
3. wijst erop dat verbetering van de interne markt en mogelijkerwijs enige mate van belastingharmonisatie de voornaamste factoren kunnen zijn voor het stimuleren van groei en werkgelegenheid; wijst erop dat belastingbeleid gericht moet zijn op het stimuleren van het Europese concurrentievermogen en het verlagen van de kosten voor Europese ondernemingen, in het bijzonder voor kleine en middelgrote ondernemingen;