Les États membres se heurtent souvent à de nombreux obstacles lors de l'exécution des retours, en particulier des retours forcés: domicile ou identité de la personne inconnus, absence des documents de voyage ou difficultés de coopération avec certains États pour la délivrance de documents d'identité ou de voyage, résistances de la part de la personne à rapatrier ou absence de moyens de transport adéquats.
De lidstaten staan vaak voor grote belemmeringen bij de tenuitvoerlegging van het terugkeerbeleid, vooral als het gaat om gedwongen terugkeer: de verblijfplaats of identiteit van de betrokkene is onbekend, reisdocumenten ontbreken, de medewerking van sommige landen bij het verstrekken van identiteits- of reisdocumenten laat te wensen over, de betrokkene verzet zich tegen terugkeer, of er is geen passend vervoer.