1. Pour établir la flottabilité, l’assiette correcte et la stabilité des différentes parties d'un bateau après séparation conformément à l'article 22 bis.05, paragraphe 2, lettre a), on considère que les deux parties ont été partiellement, voire entièrement déchargées, ou que les conteneurs dépassant l'hiloire ont été sécurisés de manière appropriée pour éviter leur déplacement.
1. Bij het aantonen van het drijfvermogen, de trim en de stabiliteit van de overeenkomstig artikel 22a.05, lid 2, onder a), gedeelde onderdelen van een schip moet ervan worden uitgegaan dat beide delen voordien geheel of gedeeltelijk zijn gelost of dat de containers die boven het luikhoofd uitsteken op geschikte wijze zijn verzekerd tegen verschuiven.