La distinction obtenue par l'instauration de la condition de la notoriété artistique se trouve dès lors justifiée d'une part par le caractère particulier des activités d'enseignement artistique ici visées et d'autre part par les conditions dans lesquelles la cat
égorie de personnel ici visée pouvait satisfaire, dans l'ancienne réglementation, aux conditions en matière de certificats d'aptitudes, et enfin par la circonstance que l'enseignement supérieur artistique a maintenant été associé à l'enseignement supérieur non universitaire et qu'il peut donc -du moins pour les formations comportant deux cycles, les seules auxquelles s'applique l'
...[+++]article 133 du décret du 8 juillet 1996 - délivrer des diplômes du troisième degré, de sorte qu'un critère supplémentaire - la notoriété artistique - devait être instauré par décret.Het door het instellen van de voorwaarde van artistieke faam verkregen onderscheid wordt derhalve verantwoord, enerzijds, door het bijzondere karakter van de hier bedoelde artistieke onderwijsactiviteiten en, anderzijds, door de voorwaarden waarin d
e hier bedoelde personeelscategorie onder de oude regelgeving de vereisten op het vlak van bekwaamheidsbewijzen vermocht in te vullen, en ten slotte door de omstandigheid dat het hoger kunstonderwijs nu werd ingeschakeld in het niet-universitair hoger onderwijs en derhalve - althans voor de opleidingen met twee cycli, de enige waarop artikel 133 van het decreet van 8 juli 1996 toepasselijk is,
...[+++] diploma's van de derde graad vermag uit te reiken, zodat een bijkomend criterium - de artistieke faam - bij decreet diende te worden ingesteld.