« Trouvant sa cause non dans l'existence d'une convention mais dans le seul fait de la condamnation, de la liquidation ou de la collocation, le droit [.] doit normalement rester en dehors du champ d'application des dispositions du Code (art. 12, 13, 14, 15 et 16) qui déterminent, lorsqu'il s'agit de conventions, l'effet de la règle non bis in idem ou des diverses modalités qui peuvent affecter les conventions.
« Daar de oorzaak van het recht [.] niet gelegen is in het bestaan van een overeenkomst, maar wel in het enkel feit van de veroordeling, de vereffening of rangregeling, moet dit recht normaal buiten het toepassingsgebied blijven van de bepalingen van het Wetboek (art. 12, 13, 14, 15 en 16) die, wanneer het om overeenkomsten gaat, de invloed bepalen van de regel non bis in idem of van de verschillende modaliteiten waaronder die overeenkomsten kunnen afgesloten zijn.