6 bis. Lorsqu'une activité menée par un exploitant représente un danger immédiat pour la santé humaine ou accroît significativement le risque d'un accident majeur, les exploitants adoptent immédiatement les mesures d'atténuation les plus sûres possibles, ce qui peut impliquer la suspension de l'exploitation de l'installation jusqu'à ce que la menace du danger imminent ou le danger imminent effectif soit mis sous contrôle.
6 bis. Indien een door een exploitant uitgevoerde activiteit een onmiddellijke bedreiging vormt voor de menselijke gezondheid of het risico op een zwaar ongeval aanzienlijk verhoogt, neemt de exploitant onverwijld de veiligst mogelijke risicobeperkende maatregelen, waaronder bijvoorbeeld de opschorting van de exploitatie van de installatie totdat de dreiging of het feitelijke, imminente gevaar onder controle is gebracht.