Si le condamné concerné subit une ou plusieurs peines dont le total dépasse 1 an d’emprisonnement principal pour des faits visés aux articles 372 à 388 du Code pénal commis à l’égard de mineurs, le directeur de la prison, dès que le condamné est écroué ou immédiatement après que son jugement ou arrêt est passé en force de chose jugée, informe le condamné des caractéristiques de la surveillance électronique comme modalité d’exécution des peines et lui remet l’annexe 1 « Instructions standard relatives à la surveillance électronique ».
Indien de betrokken veroordeelde een of meer straffen ondergaat waarvan het totaal 1 jaar hoofdgevangenisstraf overschrijdt, wegens feiten bedoeld in de artikelen 372 tot 388 van het Strafwetboek, gepleegd ten aanzien van minderjarigen, stelt de gevangenisdirecteur, zodra de veroordeelde is opgesloten of zodra zijn veroordelingen tot een vrijheidsbenemende straf in kracht van gewijsde zijn gegaan, de veroordeelde in kennis van de kenmerken van het elektronisch toezicht als strafuitvoeringsmodaliteit en bezorgt hij hem bijlage 1 “Standaardrichtlijnen inzake het elektronisch toezicht”.