§ 1 . Lorsque des circonstances ou des événements imprévus mettent ou sont susceptibles de mettre en péril tout ou partie du bon fonctionnement de l'économie, le ministre peut, pour faire face à une nécessité collective urgente et en l'absence de tout autre moyen raisonnable à sa disposition dans un délai utile, procéder ou faire procéder à la réquisition contre paiement des produits, pour les mettre à la disposition soit de l'Etat, soit des administrations ou des services publics, soit de personnes ou établissement privés.
§ 1. Wanneer onvoorziene omstandigheden of gebeurtenissen de goede werking van de economie geheel of gedeeltelijk in gevaar brengen of kunnen brengen, kan de minister, uit dringende collectieve noodzaak en bij gebrek aan enig ander redelijk middel binnen een gepaste termijn overgaan of doen overgaan tot opeising tegen betaling van producten, om ze ter beschikking te stellen, hetzij van de Staat, hetzij van de openbare besturen of diensten, hetzij van private personen of inrichtingen.