Le troisième moyen, en sa première branche, reproche à la disposition attaquée de créer indirectement une interdiction professionnelle pour les personnes qui ont fait l'objet d'une décision qui doit figurer sur l'extrait de casier judiciaire « modèle 2 », alors même que le juge n'aurait pas estimé nécessaire de prononcer une interdiction visée à l'article 382bis du Code pénal, voire aurait accordé la suspension du prononcé de manière à ne pas nuire à la réputation du prévenu.
In het eerste onderdeel van het derde middel wordt aangeklaagd dat de bestreden bepaling indirect een beroepsverbod in het leven roept voor de personen die het voorwerp hebben uitgemaakt van een beslissing die op het uittreksel uit het strafregister « model 2 » moet voorkomen, zelfs indien de rechter het niet noodzakelijk zou hebben geacht om een in artikel 382bis van het Strafwetboek bedoeld verbod uit te spreken, of zelfs de opschorting van de uitspraak zou hebben toegekend om de reputatie van de beklaagde niet te schaden.