F. considérant que les droits de l'homme sont complémentaires, universels, inaliénables, indivisibles et interdépendants; considérant que la Chine se préoccupe des droits économiques et sociaux (comme l'alimentation, les vêtements, le développement économique), tandis que l'Union adopte une approche plus large des droits de l'homme qui inclut et insiste en particulier sur les droits civils et politiques (par exemple la liberté d'expression, de religion, d'association);
F. overwegende dat de rechten van de mens universeel, onvervreemdbaar, ondeelbaar en onderling afhankelijk zijn; overwegende dat China meer gericht is op de economische en sociale rechten van de mens (zoals voedsel, kleding, economische ontwikkeling), terwijl de EU een bredere benadering heeft van de rechten van de mens, en daaronder uitdrukkelijk de burger en politieke rechten rekent (bijvoorbeeld de vrijheid van meningsuiting, godsdienst, vereniging);