O. considérant que les États membres de l'Union européenne - et d'autres pays industrialisés tout aussi prospères - exercent une main-mise sans précédent sur les richesses naturelles de la création et portent par conséquent, en vertu du concept de l'intendance, une responsabilité indubitable commune et individuelle pour la préservation et la restauration de la nature et de l'environnement,
O. overwegende dat de lidstaten van de Europese Unie - en andere eveneens zeer welvarende, geïndustrialiseerde landen - een ongekend beslag leggen op de natuurlijke rijkdommen van de schepping en mitsdien, overeenkomstig het concept van rentmeesterschap, een onmiskenbare gezamenlijke en afzonderlijke verantwoordelijkheid dragen voor het behoud en herstel van de natuur en het leefmilieu,