1. Les États membres peuvent prévoir que les litiges entre les organismes de gestion collective, les membres des organismes de gestion collective, les titulaires de droits ou les utilisateurs, concernant les dispositions du droit national adoptées conformément aux exigences prévues par la présente directive, puissent être soumis à une procédure de règlement extrajudiciaire des litiges qui soit rapide, indépendante et impartiale.
1. De lidstaten kunnen bepalen dat geschillen tussen collectieve beheerorganisaties, leden van collectieve beheerorganisaties, rechthebbenden of gebruikers betreffende de bepalingen in het nationale recht die zijn vastgesteld op grond van de voorschriften van deze richtlijn, kunnen worden onderworpen aan een snelle, onafhankelijke en onpartijdige procedure voor alternatieve geschillenbeslechting.