1° Les montants cumulés des provisions pour chocs conjoncturels visées à l'article 19, § 1 et § 2, 1°, peuvent être versés au budget de la Communauté française pour compenser dans son chef, une baisse de recettes institutionnelles due à une différence globalement défavorable des taux d'inflation et de croissance, par rapport à des taux d'inflation et de croissance tendanciels de respectivement 1,7 % et 2,5 % par an;
1° De gecumuleerde bedragen van de voorzieningen voor conjunctuurschokken bedoeld bij artikel 19, § 1 en § 2, 1°, kunnen gestort worden op de begroting van de Franse Gemeenschap ter compensatie uit haar hoofde van een vermindering van de institutionele inkomsten ten gevolge van een globaal ongunstig verschil van de tendentiële inflatie- en groeicijfers, vergeleken met tendentiële inflatie- en groeicijfers van respectief 1,7 % en 2,5 % per jaar;