[81] «Le
fonctionnaire qui, dans l’exercice ou à l’occasion d
e l’exercice de ses fonctions, a connaissance de faits qui peuvent laisser présumer une activité i
llégale éventuelle, notamment une fraude ou une corruption
, préjudiciable aux intérêts des Communautés, ou une conduite en rapport avec l’exercice de ses fonctions pouvant
...[+++] constituer un grave manquement aux obligations des fonctionnaires des Communautés, en informe immédiatement son supérieur hiérarchique direct ou son directeur général ou encore, s’il le juge utile, le secrétaire général, ou toute personne de rang équivalent, ou directement l’Office européen de lutte antifraude»[81] "Elke ambtenaar die, tijdens of bij de uitoefening van zijn functie, kennis krijgt van feite
n welke het bestaan doen vermoeden van mogelijke onwettige activiteiten, zoals fraude of corruptie, waardoor de belangen van de Gemeenschappen worden geschaad, of van gedragingen in verband met de uitoefening van zijn functie die kunnen worden aangemerkt als een ernstige niet-naleving van de verplichtingen van de ambtenaren van de Gemeenschappen, stelt onverwijld zijn diensthoofd of zijn directeur-generaal daarvan in kennis, dan wel, indien hij dit nuttig acht, de secretaris-generaal, of een persoon van gelijke rang, of rechtstreeks het Europ
...[+++]ees Bureau voor fraudebestrijding".