La loi du 31 janvier 2003 établissait, comme son intitulé l'indique, un calendrier de sortie progressive de
l'utilisation de l'énergie nucléaire à des fins de production industrielle d'électricité, en posant deux principes « intimement liés » (Doc. parl., Chambre, 2001-2002, DOC 50-1910/001, p. 5) : d'une part, l'interdiction de construire ou de mettre en exploitation une nouvelle centrale
nucléaire en Belgique (article 3) et, d'autre part, un calendrier de sortie progressive du
nucléaire ...[+++] par la désactivation des centrales nucléaires et la fin de leur production industrielle d'électricité quarante ans après leur mise en service industrielle (article 4, combiné avec l'article 2, 1°).Bij de wet van 31 januari 2003 werd, zoals het opschrift ervan aangeeft, een tijdschema voor de geleidelijke uitstap uit het gebruik v
an kernenergie voor industriële elektriciteitsproductie vastgelegd, door twee « nauw verbonden » beginselen vast te stellen (Parl. St., Kamer, 2001-2002, DOC 50-1910/001, p. 5) : enerzijds, het v
erbod om een nieuwe nucleaire centrale in België te bouwen of in exploitatie te stellen (artikel 3) en, anderzijds, een tijdschema voor de gelei
delijke uitstap uit kernenergie ...[+++] door de kerncentrales, 40 jaar na de industriële ingebruikname ervan, te desactiveren en een einde te maken aan de industriële elektriciteitsproductie ervan (artikel 4, in samenhang gelezen met artikel 2, 1°).