Les travaux préparatoires de la loi du 15 mai 1984 portant mesures d'harmonisation dans les régimes de pensions, qui a étendu aux veufs le bénéfice de la pension de survie initialement réservée aux veuves, expliquaient également la motivation de cette mesure par le souci de permettre au conjoint survivant « dans les limites acceptables de la solidarité » de « pouvoir bénéficier de revenus familiaux en rapport avec ceux dont bénéficiait le ménage avant le décès » (Doc. parl., Sénat, 1982-1983, n° 557/1, pp. 6).
In de parlementaire voorbereiding van de wet van 15 mei 1984 houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen, die het voordeel van het overlevingspensioen dat oorspronkelijk was voorbehouden aan weduwes, heeft uitgebreid tot weduwnaars, werd de motivering van die maatregel eveneens uitgelegd door de bekommernis om het de langstlevende echtgenoot « binnen de aanvaardbare grenzen van solidariteit » mogelijk te maken « gezinsinkomsten [ te ] bekomen welke in verhouding staan met deze van het gezin vóór het overlijden » (Parl. St., Senaat, 1982-1983, nr. 557/1, p. 6).