Si la gestion et le fonctionnement des services de santé relèvent de la compétence des États membres, la Communauté peut néanmoins intervenir, en complément des activités nationales, en vue d'améliorer la santé publique, de prévenir les maladies et affections humaines et de supprimer les causes de danger pour la santé humaine (article 152 du traité d'Amsterdam).
Het beheer en de exploitatie van gezondheidsdiensten behoren tot de bevoegdheden van de lidstaten, maar er is wel een rol weggelegd voor de Gemeenschap ter aanvulling op deze activiteiten, gericht op verbetering van de volksgezondheid, preventie van ziekten en aandoeningen bij de mens en het wegnemen van bronnen van gevaar voor de menselijke gezondheid (artikel 152 van het Verdrag van Amsterdam).