Pour autant que les intéressés aient souscrit régulièrement au cours de la période imposable un abonnement auprès d'un transport public en commun pour leur déplacement de leur domicile au lieu de travail, il pouvait être admis qu'il était, dans la majorité des cas, satisfait aux conditions visées à l'article 38, alinéa 1er, 9° du Code des impôts sur les revenus 1992.
Voor zover de betrokkenen tijdens het belastbare tijdperk regelmatig een abonnement hadden genomen op het gemeenschappelijk openbaar vervoer voor hun verplaatsing tussen hun woonplaats en de plaats van tewerkstelling, kon worden aangenomen dat in de meerderheid van de gevallen voldaan was aan de in artikel 38, eerste lid, 9° van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 gestelde voorwaarden.