(14) Les États membres, afin de garantir que le marché du travail ne pâtit pas de l'entrée de travailleurs saisonniers de pays tiers, doivent avoir la possibilité d'appliquer un critère démontrant qu'un emploi ne peut être pourvu sur le marché intérieur du travail ni par leurs nationaux, ni par d'autres citoyens européens, ni par des ressortissants de pays tiers qui résident légalement dans l'État membre en question et qui, en vertu du droit européen ou national, appartiennent déjà à son marché du travail.
(14) Om te waarborgen dat de arbeidsmarkt niet nadelig wordt beïnvloed door de toegang van seizoenarbeiders uit derde landen moet het de lidstaten vrij staan proefondervindelijk aan te tonen dat in een bepaalde vacature niet kan worden voorzien uit de binnenlandse arbeidsmarkt door onderdanen van de betrokken lidstaat, door andere burgers van de Unie of door onderdanen van derde landen die legaal in de lidstaat verblijven en krachtens de nationale of EU-wetgeving reeds deel uitmaken van hun arbeidsmarkt.