10· Ne pas avoir de conjoint
ou de personne avec laquelle ils cohabitent légalement ou de parent ou allié jusqu’au deuxième degré qui exerce un mandat de membre de l’organe de gestion, de membre du comité de direction, de délégué à la gestion journalière ou de membre du personnel de direction, au sens de l’article 19, 2· de la loi du 20 septembre 1948 portant organisation de l’économie, ou se trouvant dans un des autres cas définis aux points 1· à 9·, ni dans la Société fédérale de
Participations et d’Investissement, ni dans une sociét ...[+++]é dans laquelle la Société fédérale de Participations et d’Investissement détient une participation ou qui détient une participation dans la Société fédérale de Participations et d’Investissement”.10· Geen echtgenoot of persoon met wie zij wettelijk samenwonen of bloed- of aanverwanten tot de tweede graad hebben die in de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij, of in een vennootschap waarin de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij een participatie bezit of die een participatie bezit in de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij, een mandaat van lid van het bestuursorgaan, lid van het directiecomité, persoon belast met het dagelijks b
estuur of lid van het leidinggevend personeel, in de zin van artikel 19, 2·, van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven, uitoefenen,
...[+++] of die zich een van de andere in de punten 1· tot 9· beschreven gevallen bevinden”.