Il souligne également que contrairement à ce qui se passe pour un majeur, il ne peut être question d'une relation de confiance entre une jeune enfant, un aliéné, et, de façon générale, une personne plus faible, et son médecin ou son avocat.
Hij merkt ook op dat in tegenstelling tot wat er voor een volwassene gebeurt, er geen sprake kan zijn van een vertrouwensrelatie tussen een jong kind, een krankzinnige, een zwakkere persoon, en zijn arts of zijn advocaat.