56. précise que toute nouvelle politique d'encadrement de la flotte doit tenir compte du niveau de réalisation des objectifs prévus dans les POP précédents pour chaque État membre et de l'application ou non d'autres mesures de gestion s'agissant notamment du nombre de jours à la mer, ainsi que de l'état des ressources concernées et disponibles, car, dans le cas contraire, les États membres qui ont satisfait aux objectifs prévus se trouveraient gravement pénalisés;
56. onderstreept dat bij nieuw beleid inzake vlootbeheer niet alleen rekening moet worden gehouden met de huidige overcapaciteit, maar ook met de mate waarin de doelstellingen van de vorige MOP's door elk van de lidstaten zijn verwezenlijkt, en dat voorts moet worden gekeken naar de vraag of andere beheersmaatregelen, zoals vangstdagen, zijn getroffen, en naar de situatie van de betrokken en beschikbare visbestanden, omdat anders de lidstaten die de streefcijfers hebben bereikt zwaar zouden worden benadeeld;