Si l'organe de contrôle conclut que le prestataire de services de confiance et les services de confiance qu'il fournit respectent ces exigences, l'organe de contrôle accorde le statut qualifié au prestataire de services de confiance et aux services de confiance qu'il fournit et informe l'organisme visé à l'article 22, paragraphe 3, aux fins de la mise à jour des listes de confiance visées à l'article 22 , au plus tard trois mois après la notification conformément au paragraphe 1.
Indien het toezichthoudend orgaan tot de slotsom komt dat de verlener van vertrouwensdiensten en de door hem verleende vertrouwensdiensten in overeenstemming met die eisen zijn, kent het toezichthoudend orgaan de status van gekwalificeerde toe aan de verlener van vertrouwensdiensten en aan de door hem verleende vertrouwensdiensten en stelt het het in artikel 22, lid 3, bedoelde orgaan in kennis met als doel de bijwerking van de in artikel 22 bedoelde vertrouwenslijsten , en wel binnen drie maanden na kennisgeving overeenkomstig lid 1.