T. considérant que, le 24 novembre 2013, la loi n° 107 sur l'organisation du droit aux rassemblements, défilés et manifestations publics pacifiques a été mise en application par un décret présidentiel; considérant que cette "loi sur les manifestations" inclut des mesures de contrôle et de sanction en cas de non-respect qui peuvent être jugées disproportionnées d'après les normes internationales puisque cette loi donne aux forces de sécurité le droit de disperser tout rassemblement qui a lieu sans autorisation du gouvernement et autorise le recours à la force létale contre les manifestants; que le Secrétaire général des Nations unies a réaffirmé les inquiétud
es exprimées par la Haut-Commissaire ...[+++] aux droits de l'homme, selon lesquelles cette loi pourrait donner lieu à de graves violations du droit à la liberté de réunion pacifique; T. overwegende dat op 24 november 2013 de wet nr. 107 betreffende het recht op vreedzame samenscholingen, optochten en betogingen met een presidentieel decreet werd ingevoerd; overwegende dat deze "protestwet" maatregelen voor controles en sancties ingeval van niet-naleving omvat die als buitenproportioneel kunnen worden beschouwd overeenkomstig internationale normen, aangezien deze wet de veiligheidstroepen het recht geeft een einde te maken aan samenscholingen die zonder voorafgaande toestemming van de regering worden gehouden en het gebruik van dodelijk geweld tegen demonstranten toelaat; overwegende dat de secretaris-generaal van de VN de bezorgdheden he
eft herhaald van de VN-Commissaris ...[+++] voor de rechten van de mens, die heeft gewaarschuwd dat de nieuwe wet kan leiden tot ernstige schendingen van het recht op vrijheid van vreedzame vergadering;