Par son arrêt n° 28/97 du 6 mai 1997, la Cour a déclaré irrecevable la demande de suspension en tant qu'elle était introduite par la deuxième partie requérante, celle-ci ne satisfaisant pas, en tant qu'association sans but lucratif, aux conditions de publication de la loi du 27 juin 1921 sur les associations sans but lucratif (a.s.b.l.).
Bij zijn arrest nr. 28/97 van 6 mei 1997 heeft het Hof de vordering tot schorsing niet-ontvankelijk verklaard in zoverre zij was ingesteld door de tweede verzoekende partij, nu deze als vereniging zonder winstoogmerk niet voldeed aan de publicatievereisten van de wet van 27 juni 1921 op de verenigingen zonder winstoogmerk (hierna : v.z.w.-wet).