L'article 11, alinéa 1, de la loi du 23 mars 1999 vise, comme l'affirme la Cour de cassation dans son arrêt du 21 juin 1999, à ce que « tous les litiges qui, le jour de l'entrée en vigueur de la loi, soit le 6 avril 1999, ne sont pas encore tranchés définitivement soient clôturés suivant les règles en vigueur auparavant ».
Artikel 11, eerste lid, van de wet van 23 maart 1999, beoogt, zoals gesteld door het Hof van Cassatie in zijn arrest van 21 juni 1999, « alle geschillen die op de dag van de inwerkingtreding van die wet, dit is 6 april 1999, nog niet definitief zijn beslecht, te laten afhandelen volgens de eerder geldende regels ».