Il ressort de cette jurisprudence, en particulier de l'arrêt précité du 19 juin 2015, que, dans le cadre de l'action directe de l'employeur public fondée sur les articles 1382 et 1383 du Code civil, pouvant se cumuler à son action subrogatoire, seuls peuvent constituer un dommage indemnisable les paiements opérés sans bénéficier de la contrepartie normale de prestations de travail.
Uit die rechtspraak, inzonderheid uit het voormelde arrest van 19 juni 2015, blijkt dat, in het kader van de rechtstreekse vordering van de openbare werkgever op grond van de artikelen 1382 en 1383 van het Burgerlijk Wetboek, die met zijn subrogatoire vordering kan worden gecumuleerd, enkel de betalingen die zijn verricht zonder van de normale tegenprestatie van arbeid te genieten, vergoedbare schade kunnen uitmaken.