Le coût de la procédure judiciaire résulte de deux composantes : d'une part, les honoraires et rémunérations de tous ceux qui interviennent comme techniciens ou auxiliaires de la justice chargés d'assister le justiciable dans le déroulement du procès : huissiers de justice, avocats, notaires, experts divers .; d'autre part, les taxes et droits divers prélevés par l'État à l'occasion de l'intentement d'une action judiciaire.
De kosten van de gerechtelijke procedure bestaan uit twee onderdelen : enerzijds de erelonen en bezoldiging van degenen die als technici of uitvoerders bij de rechtsbedeling betrokken zijn en die de rechtzoekende bijstaan tijdens het verloop van het proces : gerechtsdeurwaarders, advocaten, notarissen, diverse deskundigen .; anderzijds de taksen en rechten die de Staat heft naar aanleiding van een rechtsvordering.