Ce nouvel alinéa précise que les causes concernant des mineurs, des présumés absents, des interdits ou des personnes pourvues d'un administrateur provisoire en vertu de l'article 488bis, a) à k), du Code civil, sont considérées comme étant d'ordre public et donc, conformément au prescrit de l'alinéa premier, nécessitent une intervention du ministère public.
Dit nieuwe lid verduidelijkt dat zaken met betrekking tot minderjarigen, vermoedelijk afwezigen, onbekwaamverklaarden of personen aan wie een voorlopige bewindvoerder is toegevoegd krachtens de artikelen 488bis, a) tot k), van het Burgerlijk Wetboek, worden beschouwd als zijnde van openbare orde die dus, ten gevolge van het bepaalde in het eerste lid, een tussenkomst vergen van het openbaar ministerie.