Le gouvernement dépose à son amendement nº 36 un sous-amendement (do c. Sénat, nº 3-1128/5, amendement nº 66), tendant à prévoir que le ministère public rend son avis sur la requête, et que le ministre doit également être informé des personnes pour lesquelles le juge de l'application des peines estime qu'elles ont un intérêt direct et légitime.
De regering dient een subamendement op haar amendement nr. 36 in (stuk Senaat, nr. 3-1128/5, amendement nr. 66), dat bepaalt dat het openbaar ministerie advies uitbrengt over het verzoek, en dat ook de minister moet worden geïnformeerd over de personen die door de strafuitvoeringsrechter geacht worden een direct en legitiem belang te hebben.