Le titulaire qui bénéficie d'un revenu professionnel, découlant d'une activité autorisée dans les conditions fixées au § 2, qui n'est pas visé au § 1er, peut prétendre à un montant égal au montant journalier de l'indemnité d'incapacité de travail allouée en l'absence de cumul, réduit de 10 % à partir du moment où la période couverte par l'autorisation du médecin-conseil atteint une durée de six mois et jusqu'au 31 décembre de la troisième année suivant celle du début de l'activité autorisée.
De gerechtigde die een beroepsinkomen geniet dat voortvloeit uit een toegelaten activiteit onder de in § 2 bepaalde voorwaarden die niet wordt bedoeld in § 1, kan aanspraak maken op een bedrag gelijk aan het dagbedrag van de arbeidsongeschiktheidsuitkering, toegekend bij afwezigheid van cumulatie, verminderd met 10 % zodra het tijdvak dat is gedekt door de toelating van de adviserend arts, een duur van zes maanden bereikt en dit tot en met 31 december van het derde jaar volgend op het jaar waarin de toegelaten activiteit een aanvang nam.