Art. VI 13. Si un membre du personnel en voie de réaffectation n'a, après deux ans, toujours pas de nouvel emploi, le bureau du marché du travail décide, en concertation avec le manager de ligne de l'entité, du conseil ou de l'établissement d'où vient le membre du personnel, si le membre du personnel est inséré dans un projet d'emploi ou s'il garde son affectation de service.
Art. VI 13. Als het personeelslid na twee jaar in herplaatsing te zijn, geen nieuwe betrekking heeft, beslist het arbeidsmarktbureau, in overleg met de lijnmanager van de entiteit, raad of instelling vanwaar het personeelslid komt, dat het personeelslid ingeschakeld wordt in een tewerkstellingsproject of dat hij zijn dienstaanwijzing behoudt.