15. se félicite de l'adoption et de l'entrée en vigueur, le 1er juin 2005, de six actes législatifs importants, dont le Conseil européen de décembre 2004 avait fait un préalable à l'ouverture de négociations; cons
tate cependant avec inquiétude un ralentissement dans le processus de réforme, notamment en ce qui concerne la mise en oeuvre sur le terrai
n; des inquiétudes subsistent concernant certaines parties de la législation adoptée, notamment l'article 301 qui érige en crime les actes contre l'identité turque, appliqué en violation
...[+++] de la Convention européenne des droits de l'homme dans le procès contre Ohran Pamuk, l'article 305 du Code pénal turc qui criminalise "les actes perpétrés contre l'intérêt national fondamental" ainsi qu'un règlement portant application du droit des associations maintenant un certain nombre de restrictions, parmi lesquelles une autorisation a priori pour les financements étrangers; de sérieux doutes subsistent également concernant l'insuffisance des propositions juridiques relatives au fonctionnement des communautés religieuses (loi sur les fondations); 15. verwelkomt de goedkeuring en inwerkingtreding op 1 juni 2005 van zes belangrijke wetgevingsinstrumenten, een stap die door de Europese Raad in december 2004 was vastgelegd als een voorwaarde voor het starten van o
nderhandelingen; merkt evenwel bezorgd op dat het hervormingsproces vertraagt, met name voor wat betreft de uitvoering ter plaatse; blijft bezorgd over bepaalde elementen van de goedgekeurde wetten, bijvoorbeeld artikel 301, dat handelingen tegen de Turkse identiteit strafbaar stelt, en dat in strijd met het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens wordt toegepast in de rechtszaak tegen Orhan Pamuk; art
...[+++]ikel 305 van het Turkse strafwetboek, dat 'handelingen tegen het fundamenteel nationaal belang' strafbaar stelt, en een decreet ter uitvoering van het verenigingsrecht waarin een aantal beperkingen gehandhaafd worden met inbegrip van voorafgaande vergunning voor buitenlandse financiering; merkt tevens op dat er ook ernstige bezorgdheid blijft bestaan over de ontoereikende wetgevingsvoorstellen inzake de werking van religieuze gemeenschappen (wet inzake stichtingen);