3° peut prévoir et fixer les modalités d'un régime transitoire en vertu duquel une société qui, compte tenu des conditions déterminées en application du 1°, n'est plus considérée comme une société faisant ou ayant fait publiquement appel à l'épargne, peut choisir de conserver cette qualité pendant une période limitée.
3° kan voorzien in en de modaliteiten bepalen van een overgangsregeling krachtens welke een vennootschap, die rekening houdend met de voorwaarden vastgesteld op basis van de bepaling onder 1°, niet meer als een vennootschap die een openbaar beroep op het spaarwezen doet of heeft gedaan kwalificeert, ervoor kan opteren om deze hoedanigheid voor een beperkte periode te behouden.