Si l'affaire a été renvoyée au tribunal correctionnel par une ordonnance de la chambre du conseil et que la chambre du conseil avait pris en vertu de l'article 267 § 3, alinéa 1, une ordonnance séparée par laquelle elle décide que l'inculpé reste détenu, et au cas où la Cour de cassation règle les juges et annu
le l'ordonnance par laquelle la chambre du conseil renvoie au tribunal correctionnel, la jurisprudence et la doctrine considèrent que la durée de validité du maintien en détention, qui précède immédiatement le renvoi, est suspendue à partir de l'ordonnance de renvoi avec maintien de la détention jusqu'au jour de l'arrêt de la Cour
...[+++]de cassation.Indien de zaak naar de correctionele rechtbank werd verwezen door een beschikking van de raadkamer, en de raadkamer verleende krachtens artikel 267, paragraaf 3, eerste lid (thans artikel 26, paragraaf 3 enig lid van de wet van 20 juli 1990) een afzonderlijke beschikking waarbij ze besliste dat de inverdenkinggestelde aangehouden blijft, en in geval het Hof van Cassat
ie het rechtsgebied regelt, en de beschikking van verwijzing naar de correctionele rechtbank van de raadkamer vernietigt, oordelen de rechtspraak en de rechtsleer thans dat de geldigheidsduur van de handhaving van de hechtenis, die de verwijzing onmiddellijk voorafging, gesc
...[+++]horst werd vanaf de beschikking van verwijzing met behoud van de hechtenis tot op de dag van het arrest van het Hof van Cassatie.