En effet, l'exonération prévue par cette disposition s'applique uniquement lorsqu'il est satisfait à un certain nombre de conditions cumulatives : il doit s'agir d'un système de transport de travailleurs convenu entre partenaires sociaux dans lequel il est fait usage d'un véhicule appartenant à la catégorie N1, dans lequel, outre le conducteur, au moins deux autres travailleurs de l'entreprise sont présents pendant au moins 80 p.c. du trajet accompli de et jusqu'au domicile du conducteur et pour autant, en outre, que l'employeur prouve qu'il n'y a aucun autre usage privé de ce véhicule.
De vrijstelling waarin die bepaling voorziet, geldt immers enkel wanneer aan een aantal cumulatieve voorwaarden is voldaan : het moet gaan om een systeem van vervoer van werknemers overeengekomen door de sociale partners waarin gebruikt wordt gemaakt van een voertuig, behorend tot de categorie N1, waarin, naast de chauffeur, minstens twee andere werknemers van de onderneming aanwezig zijn gedurende minstens 80 pct. van het afgelegde traject van en naar de woonplaats van de chauffeur en voor zover de werkgever bovendien bewijst dat geen ander privégebruik wordt gemaakt van dat voertuig.