L'appréciation des impératifs économiques liés au droit de timbre faite par V. Lescot procède, selon la ville de Mons, d'une lecture erronée des dispositions de l'arrêté du Régent du 23 août 1948 déterminant la procédure devant la section d'administration du Conseil d'Etat, dont l'article 70, tel qu'il était en vigueur lors de l'introduction du recours en cause, prévoit le paiement du droit de 7.000 francs pour la seule demande de suspension, celui afférent à la demande d'annulation ne devant être acquitté que si la procédure est poursuivie.
De beoordeling van V. Lescot van de economische vereisten die met het zegelrecht verbonden zijn, vloeit volgens de stad Bergen voort uit een verkeerde interpretatie van de bepalingen van het besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling administratie van de Raad van State, waarvan artikel 70, zoals het van kracht was toen te dezen het beroep werd ingesteld, alleen voor de vordering tot schorsing in de betaling van een recht van 7.000 frank voorziet.
