4. appeler la Délégation de la Commission européenne à Tunis ainsi que les ambassades d'États-membres de l'Union européenne en Tunisie à leur rendre visite en détention, et à observer les audiences à leur encontre, conformément aux lignes directrices de l'UE relatives aux défenseurs des droits de l'homme; les appeler à faire un rapport public, et si possible conjoint, sur les violations des règles relatives à un procès équitable et sur tout autre sujet de préoccupation constatés lors des audiences;
4. de afvaardiging van de Europese Commissie in Tunis en de ambassades van de lidstaten van de Europese Unie in Tunesië op te roepen hen een bezoek in de gevangenis te brengen, hun terechtzittingen bij te wonen, overeenkomstig de richtsnoeren van de EU betreffende de mensenrechtenverdedigers; hen op te roepen een openbaar, en zo mogelijk gezamenlijk, verslag op te stellen over de schendingen van de regels van een eerlijk proces en ieder ander zorgwekkend aspect dat tijdens de terechtzittingen werd vastgesteld;