« Dans les autres matières, si, sur l'invitation à comparaître, l'intéressé ou les personnes investies de l'autorité parentale à l'égard du mineur ne comparaissent pas et que ces personnes ne peuvent justifier leur non-comparution, elles peuvent être condamnées, par le tribunal de la jeunesse, à une amende d'un euro à cent cinquante euros».
« Indien, in de andere aangelegenheden, de betrokkene of de personen die ten aanzien van de minderjarige het ouderlijk gezag uitoefenen, op de oproeping niet verschijnen en deze personen dit niet kunnen rechtvaardigen, kunnen zij door de jeugdrechtbank worden veroordeeld tot een geldboete van één euro tot honderdvijftig euro».