Il s'agissait donc en l'espèce de la première limitation, envisagée ci-dessus, fixée au pouvoir constituant (s'en tenir à la matière traitée par la disposition ouverte à révision) et non, à proprement parler, de la problématique des révisions implicites et de leurs limites (ne pas modifier le sens et la portée de dispositions non ouvertes à révision).
Het ging hier dus om de eerste, hierboven bedoelde, beperking van de macht van de Grondwetgever (die zich dient te beperken tot de materie die geregeld wordt in de voor herziening vatbaar verklaarde bepaling) en eigenlijk niet om het vraagstuk van de impliciete herzieningen en de beperkingen ervan (verbod om de betekenis en de draagwijdte te wijzigen van bepalingen die niet voor herziening vatbaar verklaard zijn).