La commission décide dès lors de libeller le point 35 comme suit : « prévoir, dans le respect de la position concurrentielle de notre pays parmi les pays voisins, une interdiction du transit de marchandises par route les dimanches et jours fériés, à l'exception du transport de marchandises périssables et/ou des transports urgents et en tout cas de prendre une initiative lors de la présidence belge de l'Union européenne pour aboutir à pareille interdiction dans tous les pays de l'Union européenne ».
De commissie beslist om het punt 35 als volgt te doen luiden : « mits respect voor de concurrentiepositie van ons land tussen de ons omringende landen, een doorvoerverbod van goederen over de weg op zon- en feestdagen te voorzien, met uitzondering van spoedeisend vervoer en van vervoer van bederfbare waren, en in ieder geval tijdens het Belgisch EU-voorzitterschap een initiatief te nemen om tot een dergelijk doorvoerverbod te komen voor alle landen van de Europese Unie ».